‘Waarneming beïnvloedt alle aspecten van communicatie’

Sandra Koster, behandelaar Ondersteunde Communicatie (OC) bij Milo, vertelt waarom waarneming een grote rol speelt in haar werk. ‘Kinderen verlenen minder gemakkelijk betekenis aan de wereld om hen heen als ze niet kunnen zien, horen of voelen.’ 

Vrijwel alle kinderen die Sandra Koster bij Stichting Milo behandelt, hebben moeite met het verwerken van prikkels. ‘Kinderen die moeite hebben met prikkelverwerking moeten eerst rust ervaren in hun lichaam.’ Alle prikkels wegnemen werkt daarbij niet, laat ze weten. En ze vertelt wat het kijken naar waarneming haar heeft geleerd: ‘Het heeft mij laten zien dat prikkelverwerking een beperkende factor kan zijn waardoor een kind nauwelijks meer tot communicatie kan komen.’

In 2009 startte Sandra haar eigen logopediepraktijk. Sinds zeven jaar is zij daarnaast als behandelaar OC verbonden aan Milo. ‘Bij Milo begeleid ik kinderen én hun sociale netwerk, van ouders tot leerkrachten. Dat begint met onderzoek doen naar het kind tot het aanvragen van communicatie ondersteunende hulpmiddelen, het uitvoeren van adviezen en ouders leren hoe ze hulpmiddelen kunnen inzetten, bijvoorbeeld hoe ze een dagplanner kunnen gebruiken.’

‘Vrijwel alle kinderen die ik zie hebben moeite met prikkelverwerking’

‘Veel kinderen die een behandeltraject van Milo volgen, hebben moeite met prikkelverwerking. Het is heel verschillend hoe kinderen reageren. Het ene kind lijkt wel ongevoelig voor prikkels, is heel dromerig, reageert vertraagd of gaat juist erg op zoek naar prikkels. Terwijl andere kinderen juist overgevoelig lijken en bijvoorbeeld gaan huilen bij een teveel aan prikkels of zich afsluiten van de buitenwereld.’

Ieder mens en kind heeft verschillende manieren om met prikkelverwerking om te gaan. ‘Iedereen heeft behoefte aan iets anders. Sommige mensen houden bijvoorbeeld van rustige vakanties waar niet veel gebeurt of ze houden van rustige muziek. Terwijl een ander juist veel behoefte heeft aan prikkels en tijdens een vakantie iedere dag iets anders wil doen. De behoefte aan prikkels wordt bepaald door wat je als persoon aankunt.’

‘Kinderen die moeite hebben met prikkelverwerking moeten eerst rust in hun eigen lichaam ervaren’

En hoe ga je om met die prikkels? ‘Stel dat je in een vliegtuig zit en je heel slecht tegen de drukte kan en tegen het geluid in een vliegtuig. De één doet oordoppen in omdat hij weet dat hij daar gevoelig voor is. Dat is een actieve strategie waarbij de prikkel vermeden wordt. Een ander raakt geïrriteerd, wordt misschien boos en laat het allemaal gebeuren. Dat is een passieve strategie. Het overkomt je en je doet er niets mee.’

De basis voor de behandeltrajecten bij Milo is een Communicatie Competentie Profiel (CCP). Het vermogen om te communiceren ligt besloten in tien kerndomeinen in ons brein, zoals aandacht en waarneming. ‘Voor het opstellen van het CCP observeren we het kind, houden interviews met ouders en leerkrachten en laten hen vragenlijsten invullen. Daar komt ondermeer een waarnemingsprofiel uit. Wat doet het kind met alle prikkels? En hoe kan een overprikkeld kind rustig worden?”

‘Een kind dat moeite heeft met prikkelverwerking moet eerst rust in het eigen lichaam ervaren. Het kind moet zich veilig voelen om interactie aan te gaan met de mensen om hem heen’ vertelt Sandra. ‘Alle prikkels wegnemen zoals vroeger werd gedaan met een sensorisch dieet, helpt niet. Als een kind bijvoorbeeld niet tegen harde, plotselinge geluiden kan is het geen oplossing om het kind oordoppen te geven zodat het de hele dag niets meer hoort. Geef het kind dan liever een koptelefoon met een rustig muziekje, zodat het een vertrouwd geluid is en het kind zich veilig voelt. Maak ook geluiden zoveel mogelijk voorspelbaar.’

Bij Milo wordt bekeken wat het individuele kind gedurende de dag nodig heeft. ‘We gebruiken bijvoorbeeld diepe druk zodat het kind het eigen lijfje beter voelt. Dan komen ze in een ruststand.

Je kan ook bepaald speelgoed aanbieden, zoals zware ballen of zachte lapjes stof. Zo kan het kind zichzelf rustig maken. Het gaat uiteindelijk om een balans tussen spanning en ontspanning. Bewegen heeft een gunstige invloed op deze balans, door trampolinespringen en schommelen kan een kind weer herstellen van alle indrukken.’

‘Waarneming beïnvloedt alle aspecten van communicatie, het sociaal emotionele aspect en de taalontwikkeling’

Sandra geeft aan dat ervaren de basis is voor het verlenen van betekenis aan de wereld om je heen, voor het leren. ‘Ik bouw minder gemakkelijk betekenis op als ik niet kan zien, horen of voelen. Als ik nog nooit een appel heb gezien, dan heb ik daar geen beeld bij. Door het proeven van de appel, te horen wat voor geluid een appel maakt als ik er een hap van neem en door een appel te voelen, bouw ik een betekenis op en weet ik wat een appel is.’ Sandra vertelt dat veel kinderen waarmee ze werkt niet voldoende ervaring hebben opgedaan in het leven om ergens betekenis aan te geven. ‘Deze kinderen hebben een beperkte woordenschat en geen verdieping in taal omdat ervaring bij hen ontbreekt, bijvoorbeeld omdat een kind in een rolstoel zit en niet voldoende motorische ervaring kan opdoen.’

 Waarneming is heel belangrijk in de communicatie met anderen. ‘Hoe je de wereld ervaart en hoe je als kind de wereld betekenis gaat geven, wordt bepaald door je waarnemingen. En hoe kom je in interactie met andere personen? Daarbij is het heel belangrijk hoe goed een kind in zijn of haar lijf zit en hoe veilig een omgeving voelt. Kortom, waarneming beïnvloedt alle aspecten van communicatie, het sociaal emotionele aspect en de taalontwikkeling.’

‘Bij Milo heb ik geleerd om de aandacht te richten op wat een kind met prikkels doet’

Sandra wist altijd al dat prikkelverwerking veel invloed heeft op communicatie. ‘Als eerstelijns logopediste was ik al wel bezig met de zintuigen. Bij Milo heb ik geleerd om de aandacht nog meer te richten op wat een kind met prikkels doet. Het CCP dwingt je om een kind helemaal te bekijken en om ook naar de sociale omgeving te kijken, zoals het logeeradres van het kind of de BSO. In de eerstelijn is daar minder tijd voor. In de behandeltrajecten van Milo verbind je de verschillende omgevingen. Zo kan je het gehele sociale netwerk van het kind in zijn kracht zetten.’

‘Door in te zoomen op waarneming, ben ik gaan zien dat prikkelverwerking soms zo’n beperkende factor kan zijn waardoor een kind nauwelijks tot communicatie kan komen. Zo was Tim voor mij een goede leerschool. Aan het begin van het behandeltraject van Tim zijn wij in het kader van het ankerthema ‘Huizen bouwen’ naar een bouwplaats gegaan. Tim sloot zich af toen wij op de bouwplaats waren. Het waren veel te veel prikkels voor hem. Hij stond stil, er kwam niets meer binnen en hij keek naar de grond. Voor mij was dit de eerste keer dat ik in aanraking kwam met een kind met zulke heftige problemen bij het verwerken van prikkels. Ik heb toen geleerd dat je echt bij zijn interesse moet aansluiten. Hij hield ervan om in een grote bak met maïs te voelen, pas dan kreeg je contact met Tim. We begonnen te groot, terwijl hij een vertrouwde omgeving nodig heeft. Het is een traject van jaren geweest maar nu kan hij communiceren met een iPad en zet de eerste stapjes naar geletterdheid.’

‘Schaf niet zomaar materiaal aan, maar laat eerst een onderzoek uitvoeren’

 Sandra wil behandelaren en ouders van kinderen met communicatief meervoudige beperkingen meegeven dat ze heel alert moeten zijn op prikkelverwerking.

‘Schaf voor deze doelgroep niet zomaar materiaal zoals een wiebelkussen of koptelefoon aan, maar laat eerst een onderzoek uitvoeren. Ouders denken te snel dat hun kind een prikkelprobleem heeft en schaffen dan materiaal aan op internet zonder te weten wat er nu echt aan de hand is. Door onderzoek te doen, weet je waar een kind echt ondersteuning nodig heeft. De oplossing hoeft niet duur te zijn. Soms kan het heel simpel zijn zoals een zakje zand waar het kind in kan knijpen of het kind even op schoot nemen zodat het rustig wordt of juist het kind even laten hinkelen op de gang als het extra prikkels nodig heeft.’

Gerelateerde Berichten